Goede doelen nieuws

Children's Fund of Malawi
- Gegevens
Malawi ligt ingeklemd tussen Mozambique, Tanzania en Zambia. Van de 16 miljoen inwoners zijn er meer dan 1 miljoen wees. Driekwart van de bevolking is afhankelijk van landbouw die bestaat uit tabak, koffie, thee en suiker die vrijwel helemaal is bestemd voor de export. Dit maakt Malawi tot èèn van de armste landen op aarde. Ongeveer 74% van de bevolking leeft onder de inkomensarmoedegrens van 1,25 dollar per dag en op procent onder de drempel van 2 dollar per dag. Onderwijs, een belangrijke oorzaak van relatieve rijkdom, is heel onrechtvaardig verdeeld. Bijna 30% van de arme kinderen gaat niet eens naar het basisonderwijs die in Malawi gratis is. Het secundair en hoger onderwijs wordt grotendeels bezocht door kinderen uit niet-arme huishoudens, voornamelijk vanwege het vereiste inschrijfgeld.
Ook de kindersterfte is hoog in Malawi en de levensverwachting bij de geboorte is 50 jaar. Hoewel het aantal nieuwe gevallen van HIV/AIDS wel daalt is bijna 10% van de bevolking besmet met de ziekte en wordt minstens 70% van de ziekenhuisbedden in Malawi ingenomen door deze patiënten.
Het Kinderfonds van Malawi is sinds 1992 actief in Malawi. In die tijd is er een breed scala aan projecten opgestart die zich richten op onderwijs, gezondheid, inkomensvorming, beroepsopleiding en inzetbaarheid van jongeren. De projecten worden altijd kleinschalig en lokaal uitgevoerd en er wordt nauw samengewerkt met de mensen die men probeert te helpen met als doel altijd het "eigendom" zo snel mogelijk over te dragen aan lokale gemeenschappen.
In Malawi komen kinderen die de middelbare school afmaken op de arbeidsmarkt terecht waar slechts 10% van de afgestudeerden een formele baan vindt. Het primaire doel van het Kinderfonds is om deze kinderen en jong volwassenen de financiële, beroeps-, levens- en ondernemersvaardigheden te bieden die ze nodig hebben om een bedrijf te starten en zelfredzaam te worden door hen vaardigheidstrainingen aan te bieden voor zelfstandig ondernemerschap. Tot op heden werden 920 jongeren opgeleid. Hierbij gaan de cursussen gepaard met activiteiten die ook inkomsten opbrengen. Honderd procent van deze inkomsten gaan weer terug naar het project en worden opnieuw geïnvesteerd.
Heel belangrijk is ook om vrouwen onafhankelijker te maken door het volgen van een opleiding en, nog belangrijker, deze ook af te ronden. Een herbruikbaar maandverband kan bepalen of een meisje op school blijft, of een vrouw haar baan behoudt en er zodoende in slaagt om voldoende voedsel te verbouwen voor zichzelf en haar gezin te voeden. De maandverbanden kunnen gewassen worden en, omdat ze gemaakt zijn van duurzame materialen, gaan ze vele maanden mee. Een simpele oplossing die heeft bewezen een enorme impact te hebben op het leven van Malawische meisjes en vrouwen. Het maken van deze maandverbanden is ook weer een activiteit die de stichting zelf heeft opgezet en waardoor weer inkomsten worden verkregen.
Een ander project van de stichting is het opleiden van doven tot kleermaker of timmerman. In Malawi worden dove mensen vaak over het hoofd gezien. Een chronisch tekort aan leraren gebarentaal zorgt ervoor dat doven niet kunnen communiceren op het werk, met de politie en met gezondheidswerkers. Hun vermogen om werk te vinden, een vaardigheid te leren of een onafhankelijk leven te leiden, wordt hierdoor ernstig aangetast. Een aantal voormalige dove kleermakersleerlingen hebben met elkaar een coöperatie opgericht die de herbruikbare maandverbanden maakt en hebben onlangs een bestelling van 20.000 maandverbanden voor een internationale donor afgerond.
Zo heeft de stichting nog veel meer activiteiten zoals het opzetten, onderhouden, ondersteunen en beheren van onderwijs- en medische instellingen, de bouw van een afdeling Ongevallen en Spoedgevallen en een afdeling voor 24-uurs short stay voor kinderen in een ziekenhuis, distributie van medische apparatuur aan kinderafdelingen van ziekenhuizen, salarisondersteuning voor kinderverpleegkundigen in een ziekenhuis, renovatie van weeshuizen, bouw van lerarenhuizen en klaslokalen bij een school en de bouw van meer dan 70 individuele tehuizen voor weeskinderen.

JW Support
- Gegevens
Het doel van de Stichting JW Support is het verbeteren van de leefomstandigheden van kinderen en vrouwen in Bangladesh. Het bevorderen van "eerlijke handel", gezondheidszorg en onderwijs zijn de pilaren om dit te verwezenlijken. De Stichting geeft praktische steun aan de allerarmsten op de wereld.
Alle giften worden direct besteed aan het verwezenlijken van de gestelde doelen. Het bestuur en alle vrijwilligers ontvangen geen vergoeding. Ook de onkosten worden zo laag mogelijk gehouden, zodat van elke ontvangen euro het maximale naar de projecten gaat.
Hoe komt JW Support in Bangladesh terecht? Met de kinderen in de Voorburgse Koningkerk werd er gespaard om de neef van "tante Lien" in het verre Bangladesh financieel te ondersteunen. De neef was actief in de opvang van straatkinderen, vaak zonder ouders of met maar een ouder, die niet voor hen kon zorgen. Ze kregen in het tehuis eten, kleding en mochten naar school. En dat laatste is enorm belangrijk om ooit de armoedegrens te kunnen overstijgen. In Bangladesh is de emancipatie nog ver te zoeken. De meeste vrouwen mogen koken en kinderen baren en verder hun mond dicht houden. Vrouwen voelen zich het meest verantwoordelijk voor hun gezin en hebben naast hun werk in en om het huis een baantje om een paar centen te verdienen. Mannen mogen trouwen en scheiden naar believen. Sommigen hebben zelfs twee of drie vrouwen, terwijl ze nog niet genoeg verdienen om voor een vrouw met kinderen te zorgen. Ouders geven hun jonge dochters gemakkelijk mee aan de eerste de beste die om hun hand komt vragen. Het is weer een mond minder te vullen.
Het gebeurt dan ook regelmatig dat jonge vrouwen met kinderen er alleen voor staan. De man vond het toch niet zo gezellig of verdient niet genoeg om voor allemaal te zorgen, dus dan moet je als vrouw voor jezelf en je kroost zorgen.
Tante Lien ging in 2003, samen met Joke Wittekoek, op bezoek. In korte tijd waren er drie jongenshuizen (twee voor kinderen van 5-10 jaar en een voor jongens van 11-16 jaar), een meisjeshuis en een voor de opvang van 35 gehandicapte kinderen gerealiseerd. Totaal 150 kinderen, die een nieuw leven hadden gevonden en een betere toekomst tegemoet gingen dan vele van hun soortgenootjes.
Tijdens hun eerste reis werden Lien en Joke benaderd door een verkoper van handwerk. Hij had prachtige gehaakte engeltjes voor in de kerstboom. Maar de man, Dino Halder, had nog meer in de aanbieding. Tafelkleden in alle soorten en maten, geborduurd in schitterende kleuren en een andere keer prachtig "open borduurwerk". De laatste loten aan de "handicraftboom" zijn de sieraden, gemaakt van de schil van een kokosnoot en quilts: uit vele restjes stof worden prachtige dekens gemaakt. Werkgelegenheid is de best denkbaer ontwikkelingshulp, zo is de stichting van mening.
De kinderen of zusjes van de jonge vrouwen die borduur- en naailes krijgen komen vaak mee naar het huis. Daarom is de coordinator van het handwerk, Dino Halder, gestart met het lesgeven aan deze kinderen. In 12 jaar tijd is het onderwijs uitgegroeid tot een echte basisschool. Veel meisjes uit de buurt wisten de weg naar deze bijzondere school te vinden.
De school heeft anno 2021 acht leerkrachten in dienst om de kinderen van meestal eenoudergezinnen les te geven. Alle 165 kinderen krijgen een verantwoorde maaltijd. Vaak komen ze zonder ontbijt naar school en ook 's avonds is er niet altijd voldoende eten voor het hele gezin.
Na de basisschool wordt er gekeken wie interesse en talent heeft voor het voortgezet onderwijs. Vooral voor meisjes is hun tienertijd in de sloppenwijk een ware nachtmerrie. Ze kunnen niet veilig over straat, hebben geen toegang tot goede hygiene en worden door de familie vaak als last gezien, waar je het beste snel van af kunt komen door ze uit te huwelijken. Dit was voor Dino een reden om een kostschool te starten, zodat elke jongere die dat wil, zich verder kan ontplooien. Er is een stuk land gekocht en een school gebouwd, waar per april 2021 40 meisjes en 25 jongens wonen en les krijgen. Hier werken zes leerkrachten, een kok, 2 huismoeders en een huisvader. Na drie jaar voortgezet onderwijs heb je toegang tot diverse vakopleidingen, hetgeen de meisjes weer een betere kans op de arbeidsmarkt geeft.

Het goede doel voor september
- Gegevens
Papay Agoston
Dit is de naam van een school met internaat voor gehandicapte kinderen in Hongarije. Dit keer is het geen stichting die de aanvraag voor een bijdrage heeft ingediend maar de buurvrouw van een van onze medewerkers, mevrouw Margreeth de Jong. Margreeth heeft al eerder een bijdrage van onze winkel gekregen en heeft toen heel secuur aangegeven wat zij met de donatie had gedaan en daar zelfs ook de bonnen overlegd van haar aankopen. Toen waren het vooral dekens en kussens voor het internaat. Ook onze medewerkster weet zeker dat er goed met onze donatie wordt omgegaan. Vandaar dat wij Margreeth het vertrouwen hebben geschonken. Ook dit keer werd Margreeth door onze medewerkers gekozen als een van de goede doelen. De donatie is inmiddels overgemaakt en ook al besteed aan twee t.v.'s, 1 voor de meisjeskamer en 1 voor de jongenskamer.
Het contact van Margreeth met de school is ontstaan doordat Margreeth getrouwd is met een man met Hongaarse roots. Sinds 1996 hebben zij een huis in Hongarije en via de familie daar is het contact gekomen met de school voor gehandicapte kinderen. Margreeth heeft zelf als lerares op een dergelijke school gewerkt, Kentalis in Zoetermeer, en heeft dus veel ervaring met leerlingen met een handicap of andere problemen. Na de kennismaking met de school kwam zij op het idee om de school op een of andere wijze te ondersteunen want in vergelijking met Kentalis ontbreekt het in Hongarije aan ontzettend veel. De school heeft ook een internaat voor zo'n 60 kinderen die niet thuis kunnen wonen. De school telt momenteel 110 leerlingen die communicatieve meervoudige beperkingen hebben. In Hongarije bestaat de mogelijkheid om afstand te doen van je kind wanneer je niet in staat bent om voor je kind te zorgen of geen geld hebt voor de opvoeding. De kinderen zijn leerplichtig van 5 tot 18 jaar. De Hongaarse overheid zorgt voor de basisbehoeften zoals eten en drinken. Voor het overige is de school afhankelijk van donaties en giften.

Stichting Paardrijden Gehandicapten
- Gegevens
In principe kan iedereen leren paardrijden en leren omgaan met paarden en pony's. Paardrijden is geen krachtsport, hoewel vele spieren in het lichaam aan het werk worden gezet. Ook oude, jonge, lange, korte, bange, overmoedige, valide en invalide mensen kunnen paardrijden. Met extra begeleiding en toepassingen zijn gehandicapten ook goed in staat om dat te leren. Fysiotherapeuten kennen grote waarde toe aan het paardrijden voor lichamelijk en verstandelijk gehandicapten. De spieren worden soepeler, veel verschillende klachten kunnen worden verlicht door een regelmatige tocht te paard. Maar ook mensen met andere aandoeningen zoals autisme, angsten, ADHD/ADD, psychiatrische klachten, visueel gehandicapten e.d. hebben baat bij paardrijden! De ruiter wordt op een manier vervoerd waarbij hij/zij zelf een groot aandeel heeft. En dat maakt het rijden te paard tot een geweldige ervaring.
Geschiedenis
Stichting Paardrijden voor Gehandicapten is niet van vandaag of gisteren, eigenlijk veel meer van eergisteren. De stichting bestaat al sinds 1965. Het begon allemaal met mevrouw De Mol van Otterloo, al vanaf het prille begin bij de stichting betrokken. Zijzelf was voor 1965 als fysiotherapeute werkzaam in Engeland waar zij in aanraking kwam met paardrijden voor gehandicapten. Eenmaal terug in Nederland en nog steeds werkzaam in de gehandicaptenzorg, was zij dan ook gemakkelijk enthousiast te krijgen voor het idee ook hier iets dergelijks op te zetten.
Het begin was bescheiden. Er was geen eigen accommodatie, geen ruimte, geen pony's, maar wel veel gedrevenheid, ideeën en doorzettingsvermogen. Het begon allemaal met twee groepjes van zes leerlingen op de Haagse Manege Berestein, die een paar pony's in gebruik gaf. Ook de Koninklijke Stallen stonden heel positief tegenover het idee "paardrijden voor gehandicapten" en boden hulp waar dat maar nodig was. Het enthousiasme groeide, net zoals het aantal aanmeldingen. Daarmee nam ook de behoefte aan een eigen locatie toe. Redder in de nood was Stichting Miniatuurstad Madurodam, die in 1967 de manege schonk; de gemeente gaf vervolgens toestemming tot de bouw hiervan op een terrein in de Bosjes van Pex. Een terrein dat heel geschikt was, niet alleen door de prachtige ligging en de mogelijkheden volop gebruik te maken van de omliggende bosjes en het duingebied aan de overkant, maar ook omdat er al een kleinschalige manege op een gedeelte van het terrein gevestigd was, en dus tevens een aantal faciliteiten, zoals een buitenmanege, waarvan ook de stichting gebruik kon maken.
De eerste eigen pony's graasden op een stukje land in de nabijgelegen duinen en werden speciaal voor de lessen naar de manege gehaald.
De Stichting Paardrijden Gehandicapten heeft als doel het bevorderen van en het mogelijk maken van het paard- en ponyrijden dor mensen met een beperking en het in stand houden van de Madurodam Manege ten einde ruiters in de gelegenheid te stellen daar - met name therapeutisch - te kunnen paardrijden. De stichting heeft geen winstoogmerk. Een eventuele winst kan uitsluitend aangewend worden ten bate van het algemeen maatschappelijk belang.
Op de Madurodam Manege staan 13 paarden en pony's die gedurende zes dagen in de week belangrijk werk doen. De paarden en pony's zijn speciaal uitgezocht p hun karakter, gedrag en beweging. Dat wil niet zeggen dat deze paarden altijd braaf zijn, want een paard blijft een vluchtdier en ook de paarden en pony's van de Madurodam Manege kunnen schrikken.
Iedere week rijden er bijna 200 mensen paard op de Manege in de Bosjes van Pex. Veel van deze ruiters hebben hulp nodig met rijden. Dit kan hulp zijn in de vorm van opzadelen, paard begeleiden, ruiter begeleiden. Daarnaast is er ook hulp nodig bij het schoonhouden en onderhouden van de stallen, kantine en het tuig. Er is altijd wel wat te doen op de Manege. Wekelijks helpen er zo'n 60 vrijwilligers.